Francis De Preter turft componisten op alfabet
In het jongste nummer van het door Ludo Noens vanuit Ukkel met een ijzeren regelmaat de wereld ingestuurde tijdschrift Portulaan staat een interessant betoog van Francis De Preter. Die heeft eens lekker zitten turven, een bezigheid die (een man als Frank Pollet kan ook de meest onverwachte conclusies trekken uit rijtjes) tot verbazende resultaten kan leiden. En wat heeft de auteur uit Heist-op-den-Berg zitten turven? Welnu: hij meende dat de beroemdste muzikale genieën een naam hebben die met een B begint. The Beatles tellen niet mee, want hij beperkt zich tot De Klassieken. In het Componistenwoordenboek bleken de B-componisten inderdaad niet minder dan 52 bladzijden in beslag te nemen. Het gaat dan niet alleen om de in De Preters oren Bijzonder Groten als Bach (plus familie), Bartók, Beethoven, Berlioz, Brahms, Britten en Bruckner maar ook om Benoit, Berg, Berwald, Biber, Binchois, Bizet, Borodin, Bruch en Buxtehude. Francis De Preter werd echter door twee letters verrast: de M (Mahler, Mendelssohn, Monteverdi en Mozart en een hele rist mindere goden als Martin en Martinu) haalt 55 bladzijden, en de S zelfs…86! Saint-Saëns, Satie, Scarlatti, Schubert, Sibelius, Sjostakovitsj, Smetana en Sweelinck. Het zijn er inderdaad nogal wat. Maar ook Arnold Schönberg (de toondichter van het ontroerende Verklärte Nacht) ontbreekt niet in de S-rij. Net zo min als minder gekende mannen als Scheidt, Skrjabin, Suk en ene Karol Szymanowski (een Pool die volgens De Preter een hartverscheurend Stabat Mater schreef – daar moet ik eens naar op zoek dan). Wie dus carrière wil maken in de Ernstige Muziek voert bij voorkeur een naam die met S, M of B begint. Een plaats in de geschiedenis lijkt dan al haast verzekerd. Relevante informatie? Neen. Amusante? Ja! Als toemaatje stipt De Preter nog aan dat in de naam BACH vier notenwaarden (volgens de Duitse benamingen) verstopt zitten: B=bes of si-mol, A=la, C=do en H=si. Nou?
In het jongste nummer van het door Ludo Noens vanuit Ukkel met een ijzeren regelmaat de wereld ingestuurde tijdschrift Portulaan staat een interessant betoog van Francis De Preter. Die heeft eens lekker zitten turven, een bezigheid die (een man als Frank Pollet kan ook de meest onverwachte conclusies trekken uit rijtjes) tot verbazende resultaten kan leiden. En wat heeft de auteur uit Heist-op-den-Berg zitten turven? Welnu: hij meende dat de beroemdste muzikale genieën een naam hebben die met een B begint. The Beatles tellen niet mee, want hij beperkt zich tot De Klassieken. In het Componistenwoordenboek bleken de B-componisten inderdaad niet minder dan 52 bladzijden in beslag te nemen. Het gaat dan niet alleen om de in De Preters oren Bijzonder Groten als Bach (plus familie), Bartók, Beethoven, Berlioz, Brahms, Britten en Bruckner maar ook om Benoit, Berg, Berwald, Biber, Binchois, Bizet, Borodin, Bruch en Buxtehude. Francis De Preter werd echter door twee letters verrast: de M (Mahler, Mendelssohn, Monteverdi en Mozart en een hele rist mindere goden als Martin en Martinu) haalt 55 bladzijden, en de S zelfs…86! Saint-Saëns, Satie, Scarlatti, Schubert, Sibelius, Sjostakovitsj, Smetana en Sweelinck. Het zijn er inderdaad nogal wat. Maar ook Arnold Schönberg (de toondichter van het ontroerende Verklärte Nacht) ontbreekt niet in de S-rij. Net zo min als minder gekende mannen als Scheidt, Skrjabin, Suk en ene Karol Szymanowski (een Pool die volgens De Preter een hartverscheurend Stabat Mater schreef – daar moet ik eens naar op zoek dan). Wie dus carrière wil maken in de Ernstige Muziek voert bij voorkeur een naam die met S, M of B begint. Een plaats in de geschiedenis lijkt dan al haast verzekerd. Relevante informatie? Neen. Amusante? Ja! Als toemaatje stipt De Preter nog aan dat in de naam BACH vier notenwaarden (volgens de Duitse benamingen) verstopt zitten: B=bes of si-mol, A=la, C=do en H=si. Nou?