De klemtoon
Soms kun je alleen aan de intonatie al horen of iets Nederlands of Vlaams is. Zo zeggen Nederlanders: “Dat zie ik zo vóór me.” Een Vlaming zegt dan (onmiskenbaar het accent leggend waar de Fransen dat ook doen) “Dat zie ik zo voor míj.” Andere opvallende dingetjes: een Nederlander heeft het over een ‘kort gedíng’, een Vlaming over een ‘kórt geding’. Een auto vliegt hier in Vlaanderen ook niet ‘uit de bócht’, maar ‘úit de bocht’.
Soms kun je alleen aan de intonatie al horen of iets Nederlands of Vlaams is. Zo zeggen Nederlanders: “Dat zie ik zo vóór me.” Een Vlaming zegt dan (onmiskenbaar het accent leggend waar de Fransen dat ook doen) “Dat zie ik zo voor míj.” Andere opvallende dingetjes: een Nederlander heeft het over een ‘kort gedíng’, een Vlaming over een ‘kórt geding’. Een auto vliegt hier in Vlaanderen ook niet ‘uit de bócht’, maar ‘úit de bocht’.