vrijdag 3 april 2009

Over de evolutie van vogels

Sommige vogels waren vroeger zeldzaam. Ik weet nog dat ik in militaire dienst in camouflagepak met mijn FAL op de Oirschotse Heide onder een bosje op de Russen lag te wachten. Ineens hoorde ik wat geritsel, en te droes: daar hipte zowaar een ekster voor mijn neus langs. Die vogel, de pica pica, kende ik alleen uit het Kuifje-avontuur De juwelen van Bianca Castafiore. Vandaag de dag zie je ze overal in de stad. Opgerukt. Ik herinner me ook nog de sensatie van in het stadspark bij avondval een zilverreiger, een ardea cinerea, over te zien zweven. Tegenwoordig worden ook dié vogels steeds brutaler. Ron Scherpenisse betrapte in Amsterdam zelfs een reiger in hartje stad, bij de Febo! Ron: "Als je vroeger iets te dicht langs de waterkant fietste vloog hij schichtig weg. Het duurde niet lang voordat de reiger het lef had om op klaarlichte dag een vijvertje in een stadstuin leeg te lepelen. Het vissen in een hobbyvijver gaat hem beter af dan een slootje of plas. Deze reiger kwam ik tegen, terwijl hij aan het scharrelen was tussen de lege frietbakjes, half opgegeten satérollen en platgetrapte kroketten. Ik voorspel dat er over een paar jaar reigers worden geboren met een snavel in de vorm van een frietvorkje. De ranke sierlijke reiger zal evolueren tot een vette cafetariaduif, triest maar waar."