Maarten Inghels, vorig jaar gedebuteerd met Tumult, vormt sinds 2008 met Jan Aelberts, en Tim Devriese en Eva Mouton het literair agentschap annex schrijverscollectief KRAAI dat tevens een platform wil zijn voor debuterende auteurs. "Wij schuimen de cafés en de literaire podia niet af," stelt Inghels (foto boven). "Wij zijn geen podiumspringers. Wel hebben we genoeg ondernemerszin om voornamelijk online ('Print is dead') aan tekstbezorging te doen. Verschillende papieren literatuurtijdschriften zagen het licht niet meer de laatste maanden. Steeds minder speelt papier een rol in ontdekking van nieuw talent. KRAAI zorgde al voor literaire radio, columns voor het online tijdschrift Club Propaganda en werkt momenteel aan de content van een literatuurwebsite voor Villanella." Hoe komt het dat een collectief en een hyperindividuele kunstvorm als poëzie elkaar steeds vaker vinden? Een fenomeen dat in tegenspraak met zichzelf lijkt? "Is het collectieve individualisering? Is er sprake van een generatie schrijvers die zich noch thematisch noch vormelijk verwant voelen in hun werk, maar elkaar desalniettemin in het oog houden?" antwoordt Maarten Inghels met een wedervraag.