Amuseer me met het Plakboek van George Perros. Slag om slinger prikkelende stukjes. Zoals: “Schrijver is ieder individu dat door het leven, dat wil zeggen door de anderen en hemzelf, de hemel, de gebeurtenissen niet wordt afgemaakt. Schrijver is ieder individu dat niet vrijuit durft te leven. Iedere schrijver van waarde verkeert in slechte gezondheid. (Geen enkel verband met lichamelijke gezondheid.) Als zo’n gevaarlijke man noch naar de anderen noch naar de hemel noch naar de gebeurtenissen noch naar zichzelf verwijst, zeggen we dat hij een dichter is. Als hij, tenslotte, zo onthecht is dat het alternatief alleen van hem afkomstig kan zijn, kunnen we van geest spreken.” Of: “Wie naar de betekenis van een gedicht vraagt wil er meer van weten dan de dichter zelf. De betekenis van een gedicht is het gedicht zelf en kan alleen maar het gedicht zelf zijn. De dichter raakt verstrikt, het ontbreekt hem aan ‘geest’ als hij ooit meent anders dan door de poëzie betekenis te geven. En bezorgt ons gevoelens van spijt. Zoals het kwetsend is als een zot wijf een diamant bezit.” En: “Dichter is hij die aanvaardt de aandachtige slaaf te zijn van dat wat hem te boven gaat.”