vrijdag 19 oktober 2007

Silvester luisterde naar Constantijn
Officieel mag je er niet meer in geloven. Maar ik lees in Johannes 1:29-30 (“Na mij komt een man, die mij is voorafgegaan; want hij bestond eerder dan ik”) nog steeds een verwijzing naar reïncarnatie. Van de meeste Oosterse religies maakt het geloof in reïncarnatie integraal deel uit, maar hier moest het weg worden gemasseerd. Want oorspronkelijk maakte het geloof in reïncarnatie óók van het christendom onderdeel uit. Het werd namelijk pas bij het Concilie van Nicea, in 325, verboden te geloven in vorige en volgende levens (alsof die daarmee zouden verdwijnen, maar alla). Wat echter minder bekend is, is het gegeven dat het niet uit theologische maar uit persoonlijke motieven werd geschrapt. Niet de paus (Silvester I, hij is heilig) of een van zijn kardinalen, lag aan de beslissing ten grondslag maar de keizer: Constantijn kon zich namelijk niet vinden in de gedachte dat hij misschien de reïncarnatie van een slaaf was, of in een volgend leven zelf slaaf zou zijn….