Tandjesgras riekt naar poëzie
Riekt deze encyclopedische omschrijving van het tandjesgras (Sieglingia decumbens) naar poëzie of niet: ‘In vochtig weiland en op droge, zure veenbodems komt het tandjesgras voor. Het is een zodevormende plantensoort met gewimperde bladeren en een smalle pluim van ongenaalde aartjes met gewimperde kalfjes, waarvan de onderste (gluma) aan de top drie tandjes hebben’?
Riekt deze encyclopedische omschrijving van het tandjesgras (Sieglingia decumbens) naar poëzie of niet: ‘In vochtig weiland en op droge, zure veenbodems komt het tandjesgras voor. Het is een zodevormende plantensoort met gewimperde bladeren en een smalle pluim van ongenaalde aartjes met gewimperde kalfjes, waarvan de onderste (gluma) aan de top drie tandjes hebben’?