Gimbel was een Nederlandse toptafeltennisser (dat kun je wel vinden), die er met zijn vetkuif en babyface in 1962 klaarblijkelijk dusdanig aantrekkelijk uitzag voor bakvissen (zoals je jonge meisjes noemde in de tijd waarin senioren nog gewoon ouden-van-dagen waren) dat een platenmaatschappij er wel brood in zag een plaatje met hem te maken. En dat werd Twistziek. Geen hond die het kocht. Nergens meer te vinden. Maar toch een voetnoot in de literatuurgeschiedenis waard. Waarom dan wel? Omwille van de tekstschrijver! Die een onvergetelijk refrein uit de pen perste:
O ho! O ho!
’k Ben ziek! O ho!
Twistziek (10x)
Benieuwd of hij zich dit nog kan herinneren. Misschien kan hij het zelfs nog wel zingen! Ondertussen is hij een algemeen gerespecteerd auteur, met een grote naam in nagenoeg geheel Europa. Twistziek, dames en heren, ontsproot – zo staat ook netjes op het label van de single te lezen – aan ’t brein van niemand minder dan…Cees Nooteboom! Die vandaag overigens zijn verjaardag viert. De 74ste. Van harte.
O ho! O ho!
’k Ben ziek! O ho!
Twistziek (10x)
Benieuwd of hij zich dit nog kan herinneren. Misschien kan hij het zelfs nog wel zingen! Ondertussen is hij een algemeen gerespecteerd auteur, met een grote naam in nagenoeg geheel Europa. Twistziek, dames en heren, ontsproot – zo staat ook netjes op het label van de single te lezen – aan ’t brein van niemand minder dan…Cees Nooteboom! Die vandaag overigens zijn verjaardag viert. De 74ste. Van harte.