vrijdag 29 juni 2007

L'Escaut

Sauvage et bel Escaut,
Tout l'incendie
De ma jeunesse endurante et brandie,
Tu l'as épanoui:
Aussi,
Le jour que m'abattra le sort,
C'est dans ton sol, c'est sur tes bords,
Qu'on cachera mon corps,
Pour te sentir, même à travers la mort, encor !

Schelde

Wilde en schone Schelde,
heel de gloed
van mijn felle jeugd,
hebt gij doen stralen vol overmoed:
Opdat als eens het lot mij nederslaat,
men op uw oevers, in uw schoot,
mijn lichaam rusten laat,
om u ook te voelen, na mijn dood !

Zowel in het Frans als in het Nederlands een fragment uit Verhaerens beroemde vers L’Escaut, in een hertaling van Lepus. Emile Verhaeren werd in Sint-Amands aan de Schelde geboren. Hij was Vlaming (zijn voornaam luidt ook Emile in plaats van het dikwijls abusievelijk gebruikte Émile), en betuigde zijn liefde voor zijn geboortegrond hartstochtelijk. Maar wel in het Frans. Zijn poëzie werd in Frankrijk niet bovenmatig op prijs gesteld, maar Verhaeren was in zijn tijd een heuse grootheid in Centraal-Europa en Rusland. Tijdens de Eerste Wereldoorlog (Toen nog de Groote Oorlog geheten) week hij uit naar Frankrijk, waar hij op het station van Rouen onder een rijdende locomotief terechtkwam en stierf. Een jaar voor zijn dood werd hij (zie portret) nog vereeuwigd door zijn vriend Theo Van Rysselberghe.