dinsdag 26 juni 2007

Komt ook de gaai nader tot ons?
Het was koud. En nat. Daar lag ik dan tijdens mijn militaire dienst op een godvergeten hei met frisse tegenzin en een meticuleus in de olie gezette FAL onder een druipende bosschage op de Russen te wachten. Nabij hoorde ik wat gescharrel. Plotsklaps hipte daar op een meter van me vandaan een ekster voorbij. Ik kon de vogel op mijn gemakje bekijken want hij had me niet in de gaten. Nu is de ekster een wijdverbreide stadsvogel, maar nog niet zo lang geleden kwam ze niet onder de mensen. Het was alleszins de eerste ekster die ik van nabij zag. Ik kende het dier vooral uit De juwelen van Bianca Castafiore, een van de avonturen van Kuifje. Sindsdien heeft deze slimme kraaiachtige ontdekt dat het in de stad een stuk makkelijker foerageren is dan daarbuiten, en is er een hele generatie opgegroeid voor wie de ekster een ‘normale’ vogel is. Zou ook de Vlaamse gaai nader tot onze soort komen? De Garrulus Glandarius heeft als biotoop bij voorkeur dichte wouden. Dus zie je hem amper. Maar de laatste jaren nam ik al een paar keer een exemplaar waar in een bosrand langs de stad, in het Stadspark en in dierenpark Planckendael. Onze vriend Danny Braem, die in het penthouse boven op onze building woont, hangt regelmatig zakjes met zaadjes en nootjes buiten voor de kool- en pimpelmeesjes. En ineens was daar in hartje stad een wonderschone Vlaamse gaai die dat gefundenes Fressen in de gaten had…